Over het wapenembargo tegen Israël blijft de EU verdeeld

Brussel (ANSA) – De crisis in het Midden-Oosten staat centraal op de Buitenlandse Zaken Raad in Luxemburg, te midden van verdeeldheid en moeilijke compromissen om de posities van de 27 lidstaten dichter bij elkaar te brengen. De EU heeft woorden gevonden om unaniem de aanvallen van Israël op het Unifil-contingent te veroordelen – “we hebben te veel tijd nodig gehad voor iets vanzelfsprekends”, betreurt de hoge vertegenwoordiger Josep Borrell – maar op de rest mank gaat. Over de kwestie van een mogelijk wapenembargo, gesuggereerd door Emmanuel Macron en Pedro Sanchez.

“Andere lidstaten zouden kunnen worden genoemd die zich in de tegenovergestelde situatie bevinden en vragen om een grotere levering van wapens aan Israël”, stelt Borrell. De waarheid is dat het gaat om een “nationale bevoegdheid” en om de zaken te veranderen zou een resolutie van de VN-Veiligheidsraad of een unanieme beslissing van de 27 nodig zijn. De positie van Italië wordt uitgelegd door minister Antonio Tajani, in Berlijn voor de top over de Balkan.

“Sinds 7 oktober vorig jaar – zei hij – hebben we alle contracten die betrekking hebben op de verkoop van wapens aan Israël geblokkeerd, zoals voorgeschreven door de wet; als ze dan wapens gebruiken die in het verleden zijn verkocht weet ik het niet”. Wat Unifil betreft, heeft de EU de aanvallen van de afgelopen dagen aangemerkt als “ernstige schendingen van het internationaal recht” en heeft zij “onmiddellijke uitleg” gevraagd aan Tel Aviv.

De ministers van Buitenlandse Zaken van Italië, Frankrijk, Duitsland en Groot-Brittannië hebben vandaag in een gezamenlijke verklaring hun “diepe bezorgdheid” herhaald en gevraagd dat de aanvallen “onmiddellijk stoppen” (14 oktober).