Brussel (dpa) – Twaalf landen hebben noodvoorraden gestuurd en zoek- en reddingsteams ingezet naar Bosnië en Herzegovina na dodelijke overstromingen, zei de Europese Commissie maandag.
De Europese commissaris voor Crisisbeheer Janez Lenarčič bedankte de deelnemers voor hun hulp aan Bosnië en Herzegovina met de “verwoestende overstromingen” in het land.
De noodhulp is geleverd via het Europees Beschermingsmechanisme, een platform om noodhulpbronnen te coördineren en te delen. Bosnië en Herzegovina heeft zaterdag om hulp gevraagd.
Albanië, Turkije, Hongarije, Montenegro en Roemenië hebben opvangkits gestuurd, terwijl Kroatië, Slovenië, Montenegro en Servië al zoek- en reddingsteams hebben ingezet.
Eerstehulpverleners uit Bosnië en Herzegovina “staan niet alleen” in het omgaan met deze dodelijke ramp, zei Lenarčič.
Voortdurend zoeken naar slachtoffers
Rampenbestrijdingswerkers blijven zoeken naar mogelijke slachtoffers van de overstromingen in Bosnië en Herzegovina.
Het bergdorp Jablanica, ongeveer 30 kilometer ten noorden van de stad Mostar, was het zwaarst getroffen.
Hevige regen en stormen veroorzaakten dat aanzienlijke rotsresten huizen bedolven. De rotsblokken zouden afkomstig zijn uit een steengroeve boven het dorp.
De politie onderzoekt nu ook in hoeverre de technische staat van de steengroeve heeft bijgedragen aan de omvang van de ramp in Jablanica.
Wegen in de door overstromingen getroffen regio waren tijdelijk onbegaanbaar. Het water spoelde de aarde onder het spoor weg. Op verschillende plaatsen gebruikten rampenbestrijdingswerkers boten om mensen in veiligheid te brengen. (7 oktober)