Have the article read by OpenAI (Beta). Please note that AI translations may take some time to process.

Brussel – De Europese Commissie wil 500 miljoen euro uittrekken om de productie van munitie en raketten in Europa naar een hoger plan te tillen. Het voorstel dat ze woensdag presenteerde, kadert in het streven om het Oekraïense leger één miljoen stuks munitie te leveren en de strategische voorraden van de Europese legers aan te vullen.

De ‘Act in Support of Ammunition Production’ (ASAP) vormt het derde luik van een plan dat de EU-lidstaten in maart goedkeurden en dat moet garanderen dat de EU binnen het jaar één miljoen stuks 155 mm-munitie kan leveren aan Oekraïne. Naast leveringen uit de bestaande nationale stocks en de gemeenschappelijke aankoop van munitie voorziet dat plan in de versterking van de productie in Europa.

De Commissie wil 500 miljoen euro vrijmaken. Europese bedrijven kunnen het geld onder meer rechtstreeks aanwenden om de bestaande productie- en bevoorradingslijnen te versterken en nieuwe te openen. Via cofinanciering van de lidstaten hoopt de Commissie uiteindelijk minstens één miljard euro te mobiliseren. Het budget gaat gepaard met versoepelde administratieve procedures en een monitoringmechanisme om tekorten in de bevoorradingsketens in kaart te brengen.

Na jaren van “vredesdividend” is de Europese productie vandaag niet in staat om gelijke tred te houden met de consumptie van het Oekraïense leger in zijn strijd tegen de Russische invasie. “Maar ze heeft zeker het potentieel”, maakte Eurocommissaris voor Interne Markt Thierry Breton zich sterk. Hij bezocht de voorbije weken belangrijke productiesites en concludeerde dat de industriële basis nog steeds aanwezig is, maar in de modus van een “oorlogseconomie” moet gezet worden. “Ik heb er vertrouwen in dat we binnen twaalf maanden in staat zullen zijn om onze productiecapaciteit te verhogen tot één miljoen stuks munitie per jaar voor Oekraïne.”

“Ik heb er vertrouwen in dat we binnen twaalf maanden in staat zullen zijn om onze productiecapaciteit te verhogen tot één miljoen stuks munitie per jaar voor Oekraïne.”

Europees commissaris voor Interne Markt Thierry Breton

De Commissie hoopt alvast dat de lidstaten en het Europees Parlement voor het zomerreces het voorstel kunnen goedkeuren. Intussen bereikten de ambassadeurs van de lidstaten woensdag na wekenlange discussies wel een akkoord over de gemeenschappelijke aankopen van munitie voor Oekraïne, zo heeft het Zweedse voorzitterschap aangekondigd. Daarvoor zal tot één miljard euro uitgetrokken worden. Details verstrekten de Zweden niet, maar volgens diplomaten zou de deal het mogelijk maken om ook munitie aan te kopen waarvan niet alle bestanddelen in de EU zijn gemaakt.

Frankrijk had gevraagd dat gemeenschappelijke aankopen met Europees geld enkel mogelijk zouden zijn indien de munitie helemaal in Europa is geproduceerd. Andere lidstaten wezen dat echter van de hand. Ze vrezen dat deze voorwaarde een belemmering zal vormen voor de verwezenlijking van de belofte om Oekraïne binnen het jaar één miljoen stuks te leveren.

De Oekraïense minister van Buitenlandse Zaken Dmitri Kuleba had onlangs nog scherpe kritiek op de Europese discussie geventileerd. “Het onvermogen van de Europese Unie om haar eigen besluit over de gemeenschappelijke aankoop van munitie voor Oekraïne uit te voeren is frustrerend”, tweette hij. Voor Oekraïne worden “de kosten van onvermogen gemeten in mensenlevens”.

03/05/2023

België wil dat EU-landen medicijnen gaan uitwisselen om tekorten op te vangen

Brussel – België stelt voor dat EU-landen medicijnen gaan uitwisselen om de tekorten op te vangen. Dat heeft minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke woensdag gezegd in De Ochtend (Radio 1). De Vooruit-minister pleitte er ook voor om meer medicijnen opnieuw in Europa te produceren.

Tal van Europese landen kreunden de afgelopen tijd onder een tekort van medicijnen. Terwijl dat in sommige landen gaat om een tekort aan antibiotica, is dat in een ander land een gebrek aan insuline. Het voorstel van ons land wil daar een mouw aan passen door middel van meer solidariteit tussen de Europes landen op vrijwillige basis. Daarbij zouden landen die een cruciaal tekort hebben, kunnen rekenen op de solidariteit van landen die wel nog een uitgebreide voorraad hebben.

Het gaat om een van de drie voorstellen waar ons land voor pleit in een non-paper of discussietekst. Volgens minister Vandenbroucke heeft de tekst de steun van achttien andere lidstaten, onder meer Duitsland, Frankrijk en Nederland. “Het is onze verantwoordelijkheid om de garantie te bieden dat mensen hun behandeling met soms levensnoodzakelijke geneesmiddelen niet onderbroken wordt. Daarom nemen we op Europees niveau actie zodat we sneller kunnen handelen als een tekort van een geneesmiddel dreigt”, zegt Vandenbroucke.

“Het is onze verantwoordelijkheid om de garantie te bieden dat mensen hun behandeling met soms levensnoodzakelijke geneesmiddelen niet onderbroken wordt.”

Belgisch minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke

Een tweede punt in de tekst is het pleidooi voor het afbouwen van risicovolle afhankelijkheden van landen buiten de EU, zoals China en India. “We willen dat de EU ervoor zorgt dat er genoeg essentiële grondstoffen voor die medicijnen hier geproduceerd worden”, zegt minister Vandenbroucke, die daar aan toevoegt dat we te afhankelijk zijn geworden van een klein aantal bedrijven in een klein aantal landen.

De paper pleit er tot slot ook voor om werk te maken van een Europese lijst van cruciale medicijnen, hoofdzakelijk medicijnen waar al herhaaldelijk een tekort aan was. De aanvoer van die medicijnen moet beter gemonitord worden zodat tekorten in de toekomst kunnen worden vermeden.

Minister Vandenbroucke trekt woensdag naar Zweden voor de informele raad Gezondheid (EPSCO), waar het tekort zal worden besproken. “De nood is hoog”, zegt minister Vandenbroucke nog. “Het feit dat we achttien landen achter de tekst kregen, geeft veel gewicht”.

03/05/2023

Europese digitale marktenwet wordt van toepassing op techreuzen

Brussel – De nieuwe Europese wet inzake digitale markten (Digital Markets Act, DMA) is vanaf vandaag/dinsdag van toepassing. Digitale bedrijven die zogenaamde kernplatformdiensten aanbieden – denk aan Google en Meta – zullen zich aan bepaalde verplichtingen en verboden moeten houden om de concurrentie op de markt te verbeteren.

Vorige week trad de digitale dienstenwet voor de grootste platforms op de Europese markt al in werking. Die moet de rechten van hun gebruikers versterken en de risico’s op misbruik verminderen. Nu is dus ook de digitale marktenwet van toepassing geworden, het andere luik van een omvangrijke set van geactualiseerde regels voor ‘big tech’.

De DMA moet een einde maken aan de oneerlijke praktijken die sommige techreuzen erop na houden. Tot nu moest de Europese Commissie zich als toezichthouder vooral op de klassieke concurrentiewetgeving beroepen, maar die aanpak is op zijn limieten gebotst. Grote technologiebedrijven die door hun omvang sleutelposities innemen op de markt en daardoor als ‘poortwachters’ worden aangemerkt, zullen zich nu aan een reeks sectorspecifieke ‘do’s and don’ts’ moeten houden.

De grootste berichtendiensten, zoals Whatsapp, Facebook Messenger en iMessage, zullen er bijvoorbeeld voor moeten zorgen dat ze interoperabel zijn met kleinere diensten, als die laatsten dat zelf willen. Persoonsgegevens zullen slechts voor doelgerichte advertenties mogen worden gebruikt als de betrokkene daar expliciet zijn toestemming voor gegeven heeft.

Poortwachters zullen hun eigen producten of diensten niet langer hoger mogen rangschikken dan die van hun concurrenten. Aan app-ontwikkelaars zullen ze niet meer mogen vragen dat die bepaalde diensten gebruiken als voorwaarde om in de app-store opgenomen te worden.

Bedrijven die onder het toepassingsgebied van de DMA vallen, moeten minstens 45 miljoen particuliere eindgebruikers per maand hebben en meer dan 10.000 jaarlijkse zakelijke gebruikers. Nu de wet van toepassing is, krijgen mogelijke poortwachters tot 3 juli de tijd om hun kernplatformdiensten bij de Commissie aan te melden. Daarna heeft die 45 werkdagen de tijd om te oordelen of de betrokken bedrijven inderdaad aan de drempels voldoen en als poortwachters kunnen worden beschouwd. Zo’n bedrijf moet er dan tegen 6 maart 2024 voor zorgen dat het aan alle vereisten van de DMA voldoet.

Bij inbreuken zal de Europese Commissie sancties en boetes kunnen opleggen die oplopen tot 10 procent van de wereldwijde omzet van het betrokken bedrijf. In geval van recidivisme kan de boete stijgen tot 20 procent van die omzet. Bij systematische inbreuken zijn ook gedrags- of structurele maatregelen mogelijk. Dan hoort ook een verbod op verdere overnames tot de mogelijkheden.

02/05/2023

Deze compilatie is een redactionele selectie gebaseerd op de Europese berichtgeving van Belga. Deze wordt gepubliceerd op maandag en donderdag.