go to the original language article
Brussel – Josep Borrell heeft aangegeven dat hij “het proces is gestart om de lidstaten te vragen, als zij dat willen”, sancties te nemen tegen ministers, die hij niet heeft genoemd, die “onaanvaardbare haatboodschappen tegen de Palestijnen” hebben verspreid.
“Ik denk dat de Europese Unie geen taboes moet hebben en haar middelen moet gebruiken om de mensenrechten te handhaven”, benadrukte hij voor de pers vlak voor het begin van een informele bijeenkomst van de EU-ministers van Buitenlandse Zaken.
Het voorstel van de heer Borrell is gericht op de Israëlische minister van Financiën Bezalel Smotrich en de minister van Veiligheid Itamar Ben Gvir, die tot de extreemrechtse vleugel behoren, volgens diplomaten.
Dit voorstel heeft echter weinig kans van slagen, gezien de sterke verdeeldheid tussen de 27 sinds de aanval van de Palestijnse Hamas op Israël op 7 oktober jongstleden.
Verschillende landen, waaronder Hongarije, Oostenrijk en Tsjechië, verdedigen het recht van Israël om zichzelf te verdedigen en blokkeren de invoering van krachtige maatregelen tegen de Israëlische autoriteiten.
De Hongaarse minister van Buitenlandse Zaken Peter Szijjarto noemde het voorstel van de heer Borrell dan ook “gevaarlijk”.
De Duitse minister van Buitenlandse Zaken Annalena Baerbock toonde zich van haar kant terughoudend ten opzichte van het idee van sancties, waarbij zij wees op de noodzakelijke unanimiteit om een besluit te nemen.
“Het is niet met de theoretische erkenning van Palestina, noch met sancties tegen Israëlische ministers dat we het probleem kunnen oplossen”, aldus de Italiaanse minister van Buitenlandse Zaken Antonio Tajani.
Europese sancties voorzien in een verbod voor de betrokken personen om het grondgebied van de Unie te betreden en in de inbeslagname van de goederen die zij in de EU bezitten (29.08.2024).