Brussel (ANSA) – Er zijn nog vijf dagen over tot de deadline gesteld door president Ursula von der Leyen om de kandidaat-commissarissen voor te stellen die in de volgende Europese Commissie zullen zitten. De zwaargewichten hebben hun kampioenen al geleverd. Echter, Italië ontbreekt op de lijst, als enige van de grote landen die zich nog niet officieel heeft uitgesproken. Raffaele Fitto heeft een voorkeurspositie, maar zijn naam is nog steeds niet officieel gemaakt in Brussel.
Van de 27 beschikbare posities zijn er al twee toegewezen, met von der Leyen bevestigd als president en de voormalige Estse premier Kaja Kallas bestemd om de volgende hoge vertegenwoordiger te worden (onder voorbehoud van goedkeuring door het Europees Parlement in haar geval). Er blijven dus 25 opdrachten over. Afgezien van Spanje, zijn er slechts vijf lidstaten die zich nog niet hebben uitgesproken: België, Bulgarije, Denemarken, Portugal en, inderdaad, Italië.
In sommige gevallen zijn de vertragingen goed begrijpelijk. In België onderhandelen de politieke partijen om een regering te vormen na de verkiezingen van afgelopen juni, en dus is het dossier van de nieuwe Commissaris nog niet aangeraakt: een omstandigheid die de zittende Didier Reynders in het voordeel kan spelen. Bulgarije bevindt zich ook midden in een politieke crisis. In Denemarken zou de regering van Mette Frederiksen de aanstelling van de Commissaris moeten combineren met een kabinetswijziging.
Maar het beeld is nu redelijk compleet, maar gevoelig. Von der Leyen had de hoofdsteden gevraagd om twee namen te verstrekken, een man en een vrouw, om de genderbalans te bevorderen. Welnu, noch Kroatië, Finland en Zweden hebben vrouwen voorgesteld (zoals wordt verwacht dat Madrid dat zal doen). Maar liefst 16 alleen mannen. Frankrijk, Hongarije, Letland, Nederland en Slowakije hebben, door de huidige Commissarissen te bevestigen, zich uit de situatie bevrijd door gebruik te maken van de vrijstelling die in dit specifieke geval door de president werd verleend.
Het idee van het tandem, dat in de strategie van von der Leyen de genderquota had moeten bevorderen, zal uiteindelijk een Commissie met minder vrouwen dan de vorige opleveren. Hierdoor wordt de weg geopend voor een mogelijk geschil met het Europees Parlement (26 augustus).