Praag – De reacties van Tsjechische politici op de beslissing van voorzitter van de Europese Commissie Ursula von der Leyen om het land de positie van EU-commissaris voor internationale partnerschappen toe te wijzen, weerspiegelen de machtsverhoudingen. De meningen van politicologen zijn niet eenduidig. Volgens hen is er een zekere teleurstelling merkbaar, de ambities en kansen waren hoger, maar de agenda is niet slecht. Het portfolio combineert handel, ontwikkelingspolitiek, geopolitieke relaties en veiligheid, Jozef Síkela (STAN) zal ook werken met het grootste budget van de huidige Tsjechische leden van de Europese Commissie en zal een van de grootste directies onder zich hebben, benadrukte premier Petr Fiala (ODS). Volgens de oppositie heeft Tsjechië na maanden van onderhandelingen onder leiding van Fiala een onzichtbaar commissariaat gekregen dat zich richt op de bevordering van EU-waarden en samenwerking met ontwikkelingslanden, dat geen reële invloed heeft en Tsjechië op geen enkele manier zal helpen.
Síkela zelf verklaarde op sociale media dat het portfolio voor internationale partnerschap de mogelijkheid biedt zich te concentreren op het versterken van de economische Europese veiligheid, het diversifiëren van leveranciers van kritieke grondstoffen en het openen van nieuwe markten voor Europese bedrijven. “Mijn doel was om een sterk economisch portfolio voor Tsjechië te verkrijgen en gezien het feit dat internationale partnerschappen werkelijk een aanzienlijk budget en een van de grootste directeuraten binnen de Europese Commissie hebben, geloof ik dat ik erin zal slagen dit portfolio echt belangrijk te maken,” zei hij. Later voegde hij eraan toe dat zijn portfolio ook “gezondheidszorg, energie, hernieuwbare energiebronnen, nieuwe technologieën, transport” zal omvatten.
“In de agenda waar Jozef Síkela verantwoordelijk voor zou moeten zijn, liggen de prioritaire belangen van Tsjechië niet. Tsjechië is om vele redenen veel meer geïnteresseerd in zaken en agenda’s die betrekking hebben op binnenlandse aangelegenheden binnen de EU,” meent politicoloog Petr Kaniok van de Masaryk Universiteit. Volgens Viktor Daněk van het Institute for European Policy Europeum was er zeker een kans “op iets veel belangrijkers.” Tsjechië zou volgens hem geschaad kunnen zijn door achterkamerpolitiek en het feit dat commissievoorzitter von der Leyen in het Europees Parlement niet per se de stemmen van de ECR-fractie (en de ODS) nodig heeft. Het portfolio is volgens Daněk echter zeker niet slecht. “Integendeel, ik zou zeggen dat we veel vakjes kunnen afvinken: strategisch belangrijk gebied (China, grondstoffenveiligheid), enorm budget en directoraat-generaal, belangrijk thema voor de Tsjechische export en concurrentievermogen van de EU, een portfolio waaruit belangrijke andere beleidslijnen kunnen worden beïnvloed (klimaat, migratie),” voegde hij eraan toe.
Síkela zal ook de EU-investeringinitiatief Global Gateway onder zijn hoede hebben, waarmee de Unie wil concurreren met het Chinese nieuwe Zijderoute-project. De initiatief voorziet de komende jaren in investeringen tot 300 miljard euro (7,5 biljoen kroon) in infrastructuur in opkomende landen, met name in Afrika, India, Latijns-Amerika en de Stille Oceaan. (17 september)