Have the article read by OpenAI (Beta). Please note that AI translations may take some time to process.

BRUSSEL (ANP) – Als het associatieverdrag wordt opgeschort, zou Israël zijn handelsvoordelen kwijtraken. De EU is de grootste handelspartner van Israël.

“Hiermee stellen we een daad, door aan Israël duidelijk te maken dat er grenzen zijn”, zegt Strik vanuit Jeruzalem tegen het ANP. Zij is de komende dagen met vijf andere Europarlementariërs in de Palestijnse gebieden en Israël om met eigen ogen te zien en te horen hoe het nu gaat op de Westelijke Jordaanoever, in Gaza en in Israël. “Ook zijn we hier om te horen wat de Europese Unie kan doen.”

Donderdag, de eerste dag van de officiële missie, hebben de Europarlementariërs gesproken met vertegenwoordigers van mensenrechtenorganisaties, de Palestijnse Autoriteit en de EU-politiemissie voor de Palestijnse gebieden. De EU heeft veel van haar geloofwaardigheid verloren, hoorde ze. De EU draagt weliswaar financieel flink bij aan de Palestijnen, maar spreekt zich niet uit tegen Israël, hoorde Strik.

Het is haar duidelijk geworden dat de Palestijnen op de Westelijke Jordaanoever groot onrecht wordt aangedaan. “Palestijnen voelen zich tweederangsburgers.”

Sinds het staakt-het-vuren tussen Hamas en Israël in Gaza is het Israëlische geweld tegen Palestijnen op de Westelijke Jordaanoever toegenomen, hoorden de Europarlementariërs van de EU-politie voor de Palestijnse Gebieden.

De EU moet nu echt in actie komen, vindt Strik. Wijziging van het associatieverdrag vergt instemming van alle lidstaten. De politica vreest dat dit niet gaat gebeuren. Ze onderzoekt nu wat de EU moet doen om aan het internationaal recht te voldoen.

Het Internationaal Gerechtshof (ICJ) heeft medio juli 2024 geoordeeld dat het Israëlische nederzettingenbeleid in strijd is met het internationaal recht. De EU heeft tot nu toe niets veranderd in haar Israëlische beleid, constateert Strik: “De EU gaat willekeurig om met internationale waarden.”

(6 februari 2025)

De redactionele verantwoordelijkheid van deze publicatie ligt bij ANP.