Het prototype zet volgens de Commissie “een gouden standaard” voor leeftijdsverificatie. Zo zullen gebruikers bijvoorbeeld makkelijk kunnen aantonen dat ze ouder zijn dan 18 jaar wanneer ze sites met pornografische content willen betreden. Tegelijkertijd houden ze controle over alle andere persoonlijke informatie, zoals hun precieze leeftijd of identiteit. Niemand zou ook kunnen volgen, zien of reconstrueren welke content ze bekijken.
De presentatie van het prototype vormt het startschot van een pilootfase. Denemarken, Spanje, Frankrijk, Italië en Griekenland gaan nu met de technische gegevens aan de slag om de app verder te testen en op maat te te ontwikkelen, in samenwerking met de online platforms en eindgebruikers. Het prototype kan dan worden geïntegreerd in een nationale app of een op zichzelf staande app blijven.
Tegelijkertijd presenteerde de Commissie ook richtsnoeren die platforms moeten helpen om minderjarigen een hoog niveau van veiligheid en privacy te bieden, met suggesties om onder meer cyberpesten tegen te gaan, hen af te schermen van ongewilde contacten en schadelijke content en de ontwikkeling van verslavend surfgedrag te vermijden.
“De richtsnoeren voor online platforms over de bescherming van minderjarigen, in combinatie met het nieuwe prototype voor leeftijdsverificatie, zijn een enorme stap voorwaarts. Platforms hebben geen excuus om door te gaan met praktijken die kinderen in gevaar brengen”, besluit vicevoorzitter Henna Virkkunen in een persbericht.
Belgisch minister bevoegd voor Digitalisering Vanessa Matz noemt de richtsnoeren een stap in de goede richting, maar vindt dat de EU nog verder moet durven gaan.
“De richtsnoeren leggen enkel een strikte leeftijdscontrole op voor platformen die alcohol, gokken of pornografische inhoud aanbieden. Voor andere platformen – zelfs die met een minimumleeftijd van 13 of 16 jaar – beperkt de Commissie zich tot het aanbevelen van leeftijdsschatting, zonder verplichtend karakter. Wel opent de Commissie de deur naar echte leeftijdsverificatie op sociale media via nationale wetgeving”, zegt ze. “Ik moedig België aan om deze kans te grijpen. Dit kader zal de basis vormen voor het parlementaire debat na de zomer, om een wetgeving uit te werken die is afgestemd op de digitale uitdagingen.”
De redactionele verantwoordelijkheid van deze publicatie ligt bij Belga.