Ljubljana – De minister voor hoger onderwijs, wetenschap en innovatie Igor Papič en de directeur van het Chemisch Instituut Gregor Anderluh hebben maandag een overeenkomst ondertekend over de medefinanciering van het Centrum voor technologieën voor gen- en celtherapie. Het centrum zal de versnelde ontwikkeling mogelijk maken van therapieën op het gebied van gentherapie voor ziekten, en de Europese Commissie heeft op basis van de Europese oproep Widening – Teaming for Excellence 15 miljoen euro aan niet-terugvorderbare middelen aan het project toegekend.
De totale waarde van het project bedraagt 30 miljoen euro, de overige helft zal worden bijgedragen door het ministerie van hoger onderwijs, wetenschap en innovatie. Het Centrum voor technologieën voor gen- en celtherapie, dat voorlopig werkzaam is binnen het Chemisch Instituut, zal op het terrein van het instituut nieuwe ruimtes krijgen. Men zal nieuwe, gepersonaliseerde behandelmethoden ontwikkelen, die patiënten met zeldzame ziekten een snellere toegang tot behandeling zullen bieden.
De directeur van het Chemisch Instituut Anderluh bestempelde de oprichting van het centrum als buitengewoon belangrijk voor Slovenië. Daarbij noemde hij de ontwikkeling van gentherapie ter vervanging voor kinderen met het neuro-ontwikkelingssyndroom CTNNB1, dat zich in de fase van klinische studie bevindt. Als eerste ontving de jongen Urban de therapie, naar wie het geneesmiddel urbagen is genoemd. Minister Papič benadrukte dat dergelijke projecten met de oprichting van het centrum aanzienlijk eenvoudiger zullen zijn. Hij wees op de sterke kennis van Sloveense experts en voegde eraan toe dat er gewoonlijk veel meer uitdagingen zijn bij het waarborgen van passende middelen voor dit soort projecten.
De nieuwe ruimtes van het Centrum voor technologieën voor gen- en celtherapie zullen naar verwachting tegen eind 2027 zijn gebouwd en volledig operationeel zijn tegen eind 2029. (22 december)
go to the original language article
